Het beste van West-Amerika
Jaapje in Amerika
Reisgids West-Amerika
Links

   West-Amerika
Plannen en pakken
Vliegen
Auto
Parken
Kamperen en motels
Overig
   Arizona
California
Colorado
Idaho
Montana
Nevada
New Mexico
Oregon
Utah
Washington
Wyoming

De huurauto
In Amerika is een auto (of camper) onmisbaar. De afstanden zijn te groot om te fietsen en al helemaal om alles af te wandelen. Openbaar vervoer is ook geen optie omdat dat je alleen van stad naar stad brengt.


Rijden is fijn
Tijdens je vakantie in de VS zul je waarschijnlijk veel, heel veel met je huurauto gaan rijden. Dat is ook absoluut geen ramp. Rijden in Amerika is een belangrijk onderdeel van de beleving. Het landschap waar je doorheen glijdt, is vaak adembenemend, ook als je niet in een park zit. Daarnaast is rijden in de VS heel prettig door de Amerikaanse automobilisten. Ze rijden relaxt en houden zich netjes aan de maximum snelheid. Amerikanen zijn bovendien heel hoffelijk en gunnen elkaar de weg.






Freeway, highway, ...
Net als in Nederland bestaan er verschillende soorten wegen. Een paar termen die je regelmatig tegenkomt, zijn freeway en highway. Vaak wordt gedacht dat die termen vertaald moeten worden met snelweg. Dat is niet helemaal correct. Freeway staat voor een weg met gescheiden weghelften, zonder kruispunten. Dat is dus zoiets als een snelweg. De echte snelwegen heten echter Interstate highway of beter nog: Interstates (een weg die staten verbindt). Een highway is een hoofdweg, ofwel een belangrijke verbindingsweg tussen twee plaatsen. Het is soms een snelweg, maar veel vaker iets in de vorm van wat wij een provinciale weg (N-weg) noemen, en soms is de highway niet meer dan een onverharde weg vol met kuilen.

Korte Invoegstroken
Van invoegstroken en uitvoegstroken op de Interstates hebben Amerikanen niet echt gehoord. Omdat het verkeer allemaal met ongeveer de maximumsnelheid rijdt en het doorgaans niet erg druk is, is invoegen en uitvoegen overigens nooit een probleem. Amerikanen houden er ook rekening mee dat invoegend verkeer de ruimte moet krijgen. Doe dat zelf ook (ga op tijd naar links of rem een beetje bij zodat een invoegende auto er goed tussen past).

Interstates hebben vaak extreem korte uit- en invoegstroken!

Rough roads
De Interstates en de highways brengen je door Amerika. Naast die hoofdontsluitingen zul je ook te maken krijgen met meer secun- daire wegen. Die komen voor in alle soorten en maten. Veel wegen zijn verhard, maar je zult ook regelmatig onverharde wegen tegenkomen. De kwaliteit daarvan is zeer wisselend. Vaak gaat het om halfverharde wegen, dus wegen met gravel, maar ze kunnen ook helemaal onverhard zijn. Sommige wegen zijn erg ruig (rough) en alleen toegankelijk voor voertuigen met high clearance ofwel auto’s die iets hoger op de wielen staan, zodat ze over stukken rots kunnen rijden zonder dat de onderkant wordt opengescheurd (bijvoorbeeld een SUV). Soms heb je zelfs een 4-wheel drive nodig om niet vast te komen zitten. Ook in de parken heb je onverharde wegen. Op de kaart die je bij aankomst krijgt, staat goed aangegeven wat je mag verwachten. Het is belangrijk te weten dat een huurauto op een onverharde weg niet verzekerd is. Eventuele schade en sleepkosten worden dus niet vergoed. Denk dus goed na voor je een onverharde weg ingaat, maar wees ook weer niet te bang. De risico’s zijn vaak niet zo groot als je voorzichtig rijdt. En soms ontkom je er gewoon niet aan om een stukje over een onverharde weg te rijden als je ergens wilt komen.

101 west
Alle hoofdwegen in de VS zijn genummerd. Dat maakt het makkelijk om de weg te vinden. Je moet bijvoorbeeld de 101 hebben of I5 (Insterstate 5). Omdat je op een weg twee kanten op kunt gaan, staat er naast/boven/onder het wegnummer vaak een letter die of een woord dat aangeeft naar welke windrichting de betreffende weghelft leidt (N / north, E / east, S / south, W / west). Dat werkt in de praktijk uitermate handig.

De wegen zijn zeer duidelijk aangegeven.

Mijlpalen
In Nederland staan naast de snelwegen hectometerpaaltjes. Dat soort paaltjes kennen ze in de VS ook. Ze staan echter elke mijl in plaats van elke 100 meter. Handig is dat de nummers van de afritten gekoppeld zijn aan die mijlpalen. Afslag 123 vindt je dus in de buurt van mijlpaal 123. Bij meer afslagen in hetzelfde mijlvak wordt achter het nummer een A of B of C geplaatst.

Informatieborden
Langs de wegen staan zeer regelmatig informatieborden die aangeven dat er een restaurant, hotel of benzinepomp aankomt. Dat kan overigens nog best een eindje ‘het land in zijn’. Prettig is dat vaak wordt aangegeven wat de naam van de voorziening is. Er wordt niet alleen gezegd dat er een restaurant is, maar ook dat het om een McDonald’s gaat of om een Taco Bell.

Op de snelweg vind je praktische informatieborden.

Wit en geel
In Amerika worden bij de belijning twee kleuren gebruikt. De meeste belijning is wit, maar de middenstreep is geel. In de praktijk werkt zo’n gele middenstreep bijzonder prettig. Je zit aan de goede kant van de weg als je links een gele streep hebt. Spookrijden is dan ook bijna onmogelijk.

Center lanes
In dorpen en steden kom je soms middenstroken (center lanes) tegen die bedoeld zijn om in een drukke straat het afslaan te vergemakkelijken. Die center lanes zijn duidelijk te herkennen: ze zijn begrensd door gele strepen (het is eigenlijk een heel erg brede middenstreep) en in de strook staan meestal pijlen die naar links en rechts wijzen. Je kunt de center lanes dus gebruiken om links af te slaan als je op een drukke weg rijdt. Je rijdt dan de gele strook op, stopt en wacht tot je kunt afslaan. Je kunt de center lane ook gebruiken om op een drukke weg in te voegen als je van een parkeerplaats komt. Je rijdt dan eerst naar de center lane en wacht daar tot je kunt invoegen. Let op: Het is niet de bedoeling dat je over de center lane gaat rijden - het is geen invoegstrook zoals bij een snelweg.

Een weg met een 'center lane'.

Extra rijstroken en turn overs
Op veel plekken kennen highways met twee banen voorzieningen om het inhalen van trager verkeer te vergemakkelijken. Bij drukkere wegen wordt de rechter weghelft dan voorzien van een tijdelijke extra rijstrook (er zijn dan dus twee rijstroken voor het verkeer op de rechter weghelft (of is dat dan wegtweederde?). Let wel op bij het inhalen. Soms is de gele middenstreep niet doorgetrokken maar onderbroken. In dat geval mogen tegenliggers gewoon inhalen en dan maken ze dus ook gebruik van de middelste baan. Bij minder drukke wegen worden vaak turnouts aangeboden. Dat zijn stukjes weg waar het tragere verkeer kan en moet stoppen om het snellere verkeer te laten passeren.

Come to a complete stop
Je hebt in de VS natuurlijk stoplichten, maar stopborden zijn toch veruit het populairste middel om het verkeer te reguleren. Je ziet ze overal - bij elke voorrangssituatie. Dat werkt geweldig. In Amerika heb je feitelijk altijd voorrang (je zit altijd op de voorrangsweg) behalve als je een stopbord tegenkomt. Dan moet je stoppen en voorrang verlenen. Voor de duidelijkheid: het bordje voorrangsweg (zo’n oranje vierkanten bord op z’n punt) kennen ze in de VS niet. De stopborden zijn een belangrijke reden dat je in de VS zo prettig kunt rondrijden. Je hoeft namelijk niet steeds op te letten of er toevallig een auto uit een bijna onzichtbaar paadje gescheurd komt.

Come to a complete stop.

Amerikanen stoppen heel uitgebreid bij een stopbord. Voor een Nederlander ziet dat er soms wat suf uit als mensen seconden lang stil staan voor ze een weg op rijden terwijl er in geen velden of wegen een andere auto aankomt. Het is echter de wet dat je moet stoppen en dus... (Come to a complete stop). Heel soms kom je in de VS een kruispunt tegen waar geen voorrangsweg wordt onderscheiden. In Nederland geldt dan: rechts heeft voorrang. In Amerika zetten ze gewoon bij elke weg een stopbord neer. Op zo’n kruispunt geldt dat iedereen moet stoppen en dat degene die het eerst gestopt is, als eerste het kruispunt op mag rijden.

Gele en witte verkeersborden
De verkeersborden (met uitzondering van de stopborden natuurlijk) zijn wit of geel. Wit zijn de verbodsborden (daar moet je je aan houden). De gele borden geven een advies.


Een verplichte max. snelheid en een adviessnelheid.

Stoplichten
In Amerika worden naast stopborden ook veelvuldig stoplichten gebruikt om het verkeer te reguleren. Stoplichten hangen doorgaans aan de andere kant van de weg. Een voordeel is dat je, als je staat te wachten, niet recht boven je hoeft te koekeloeren of het licht op groen springt. Als Nederlander is het misschien wel even wennen dat je niet helemaal doorrijdt tot het stoplicht. Als je dat wel doet, levert dat gegarandeerd spannende situaties op.

Door rood rijden

In Amerika mag je in de westelijke staten gewoon door rood rijden als je rechtsaf wilt gaan. Uiteraard moet dat wel kunnen. Kruisend verkeer heeft wel voorrang als zij groen hebben. Soms is het niet toegestaan om door rood te rijden. Dat wordt dan bij het stoplicht aangegeven (no right turn on red).

De verkeerslichten hangen aan 'de overkant van de straat'. Bij rood, mag je (als het kan) gewoon linksaf slaan.

Scholen en schoolbussen
Kinderen hebben in het verkeer een aparte status. Bij scholen moet je snelheid minderen. Tenminste als er kinderen zijn. Dat wordt aangegeven door knipperende lampen. Tijdens de vakanties wordt er uiteraard niet geknipperd en hoef je dus niet langzamer te gaan rijden. Ook schoolbussen hebben een aparte status. Die schoolbussen mag je niet passeren als ze stilstaan en met hun lichten knipperen en een uitgestoken stopbord laten zien. En niet passeren betekent hier niet inhalen en ook dat je een bus die je tegemoet komt niet voorbij mag rijden.






De auto ophalen
Een van de eerste dingen die je in Amerika zult doen, is je huurauto of camper ophalen.

Een auto ophalen kan direct nadat je bent aangekomen of nadat je een nachtje in een hotel hebt uitgerust. Het ophalen van de huurauto is op zich een eenvoudig klusje als je de auto al gereserveerd hebt in Nederland. Het is een kwestie van de juiste balie zoeken. Die vind je doorgaans op het vliegveld. In een enkel geval moet je met een shuttle busje naar een parkeerplaats iets verderop. Vervolgens is het een kwestie van je creditcard en je rijbewijs laten zien en een paar handtekeningen zetten. Daarna krijg je de sleutels en een nummer van de parkeerplaats waar je auto staat.

Met de auto over een rough road.

Het ophalen van een camper is redelijk vergelijkbaar met het ophalen van een auto. Wel moet je met een aantal zaken rekening houden. Zo mag je een camper in principe niet ophalen op de dag dat je aankomt. De verhuurders willen niet dat je vermoeid achter het stuur stapt. Ook goed om te weten is, dat je een camper niet op elk willekeurig moment kunt ophalen, maar dat je je bijvoorbeeld moet melden tussen 13.00 en 16.00 uur. Op zondagen zijn de verhuurstations doorgaans gesloten. Het terrein van de verhuurder is niet op het vliegveld, maar meestal een aardig eind daar vandaan. Soms kun je er met een shuttle bus komen. Anders zul je een taxi moeten nemen. Op het verhuurstation krijg je nog wat informatie over de camper, vaak in de vorm van een video.

Met een camper de bergen in.

Zaken waar je op moet letten:
- Soms proberen de mensen van het verhuurbedrijf je een grotere auto aan te smeren dan je hebt gereserveerd. Het liefst een SUV. Ook extra verzekeringen zijn optioneel. Geef gewoon aan dat je wilt waarvoor je hebt gereserveerd. Als bij die auto blijkt dat het allemaal niet past, kun je altijd nog terug om een grotere te gaan halen (tegen forse meerprijs uiteraard).
- Als je met meer personen wilt gaan rijden, moet de verhuurder dit weten en moet de tweede (en derde etc.) chauffeur ook tekenen. Dit moet je doorgaans zelf melden. Vergeet dit niet, anders kan dat problemen opleveren in geval van een ongeluk.

Bediening

Een auto die je huurt in de VS is niet veel anders dan de auto die je zelf rijdt in Nederland. Een paar dingen zijn echter wel handig om te weten.

Automatische versnelling
Alle huurauto’s in de VS zijn voorzien van een automatische versnellingsbak. Dat is misschien even wennen. Een automaat heeft maar twee voetpedalen: links de rem en rechts het gas. (Ont)koppelen hoeft niet bij een automaat. Remmen en gas geven doe je allemaal met rechts. Je linkerbeen heeft dus de hele vakantie rust.

Een huurauto heeft een automatische versnellingsbak.

Een automaat heeft een afwijkende pook. Als je niks met de auto doet, zet je hem in P (park). De auto kan dan niet wegrijden (hij staat niet in een versnelling, maar wordt wel afgeremd op de motor). Als je achteruit wilt rijden, zet je de pook in R (Reverse). Als je vooruit wilt rijden in D (Drive). En als je de auto wilt laten wegslepen, dan zet je hem in N (Neutral). Dat is de vrije stand. Daarnaast heb je doorgaans de mogelijkheid om zelf te schakelen. Je zet de pook dan in M (Manual). Je kunt vervolgens schakelen door op een + of een - te drukken. De manier waarop je handmatig schakelt, wisselt van auto tot auto. Handmatig schakelen is niet echt nodig. Maar soms kan het handig zijn als je in de bergen rijdt. Je kunt dan bijvoorbeeld beter op de motor afremmen.

Een automaat starten, gebeurt in een aantal vaste stappen, zoals: trap op de rem, stop de sleutel in het contact en start de auto, zet de auto in D of R, haal je voet van de rem en je rijdt langzaam weg. De volgorde is vast. Je kunt niet bijvoorbeeld de versnelling zomaar in D zetten. De auto stoppen, parkeren etc., kent ook een vaste structuur: trap op de rem, zet de automaat in P, draai de sleutel terug en haal hem uit het contact. Je kunt de sleutel bijvoorbeeld niet verwijderen als de automaat nog in D staat.

Emergency Break
Ik zei net dat een automaat twee voetpedalen heeft. Eigenlijk was dat niet helemaal juist. Een auto in de VS heeft helemaal links nog een klein pedaal. Dat is de emergency brake ofwel de handrem (hoewel dat natuurlijk een wat vreemde vertaling is omdat je hem met je linkervoet bedient). De emergency brake gebruik je normaal gesproken alleen maar in noodgevallen. Als je parkeert gebruik je hem niet, maar zet je de automaat in de P-stand.

Automatische vergrendeling
Bij huurauto's worden de deuren doorgaans automatisch vergrendeld als de automaat uit de P-stand wordt gehaald.

Dankzij de cruise control is het rijden heel comfortabel.

Cruise control
Een huurauto is eigenlijk altijd uitgerust met cruise control. Dat maakt het leven een stuk aangenamer. Je kunt dan tijdens lange ritten ook je rechterbeen rust geven omdat je niet zelf gas hoeft te geven. De cruise control zit doorgaans in het stuur ingebouwd, maar kan ook op een andere plek zitten. De bediening van de cruise control kan van auto tot auto verschillen. Meestal zet je de cruise control aan door op ON te drukken. Dat betekent nog niet dat de cruise control werkt. Daarvoor moet je nog op SET drukken. Als je dat doet, houdt de auto minimaal de snelheid die hij op dat moment rijdt. Door op CANCEL te drukken, wordt de cruise control onderbroken (gepauzeerd). Weer op SET drukken, stelt weer een minimaal te houden snelheid in. Door weer op ON/OFF te drukken, gaat de cruise control helemaal uit. Met + en - kun je de minimale snelheid verhogen en verlagen. De cruise control gaat ook uit zodra je op de rem trapt. Maar zoals gezegd: de bediening van de cruise control kan van auto tot auto verschillen. Gewoon even uitproberen.

Tanken

Als je veel rijdt, moet je ook regelmatig tanken. In een huurauto is dat doorgaans unleaded fuel. De handelingen die je in de VS bij het tanken moet verrichten, kunnen nogal verschillen van pomp tot pomp. Meestal is het echter geautomatiseerd en gaat het zoals bij ons bij de Tango: creditcard erin, wat zaken intoetsen, brandstoftype aangeven en tanken. Soms moet je een ZIP code (Postcode) ingeven. Probeer dan maar 00000 of 11111. Soms werkt dat. Als dat niet het geval is, moet je eerst bij de kassier/caissičre langs om te betalen. Daarna kun je voor het betaalde bedrag tanken. Als blijkt dat je meer hebt betaald dan je kunt tanken, krijg je het teveel betaalde na het tanken weer terug (automatisch op je creditcard-rekening). Het is vooral een kwestie van even lezen wat er bij de pomp staat. Let goed op dat je de juiste slang/pistool pakt. Zwart is benzine en groen is diesel!

Tanken (zwart is benzine).

Pech :(
En wat als je pech krijgt? Dat hangt een beetje af van de soort pech en de maatschappij waarbij je de auto hebt gehuurd. De eerste stap die je moet zetten, is het telefoonnummer voor pech bellen dat op de papieren van het verhuurbedrijf staat. Een medewerker van het bedrijf vertelt je vervolgens wel wat je daarna moet doen.

Terugbrengen
Als je trip erop zit, moet je de huurauto terugbrengen. Dat is bij auto’s een kwestie van naar de luchthaven rijden, de afdeling verhuur zoeken (borden Rental Car Return), de juiste verhuurder zoeken (volg de bordjes - bijvoorbeeld Hertz Return), je spullen uit de auto halen en de sleutels inleveren. Dat kan bij een mannetje ter plekke. Als de auto’s niet bij de luchthaven moeten worden afgeleverd maar op een parkeerplaats een eindje bij de luchthaven vandaan, dan kun je een gratis shuttle bus nemen naar de luchthaven. Bij campers is het allemaal iets complexer. De tijden waarop je de camper kunt terugbrengen zijn redelijk beperkt (bijvoorbeeld tussen 8 en 11 uur ‘s ochtends). Daarnaast zul je de camper naar een verhuurstation moeten brengen dat zeer waarschijnlijk een eind van het vliegveld vandaan is. Je moet daarna meestal zelf zien te regelen dat je bij het vliegveld (of een nabijgelegen hotel) komt.




Contact via de e-mail: info@hetbestevanwestamerika.nl



<!--Begin Walla Walla webdesign pagina voor oude browsers--> <p><font face="verdana,arial,helvetica" color="#CCCCCC" size=5> <b>Amerika : Huurauto en camper</b> <font face="verdana,arial,helvetica" color="#FFFFFF" size=2><p> In Amerika is een auto (of camper) onmisbaar. De afstanden zijn te groot om te fietsen en al helemaal om alles af te wandelen. Openbaar vervoer is ook geen optie omdat dat je alleen van stad naar stad brengt. Op deze pagina veel meer over huurauto's en het rijden door Amerika. <p> Trefwoorden: Amerika, West-amerika, reis, reizen, rondreis, rondreizen, Huurauto, Auto, Camper